De dolfijn

Inmiddels gaat het geloof ik wel weer wat beter met de dolfijn en is het geen ernstig bedreigde diersoort meer; zo af en toe komt-ie nog in een net terecht dat is bedoeld voor tonijn, maar verder weinig problemen. Dat moeten we zo houden. Dolfijnen zijn namelijk ontzettend fijne dieren waarmee je van alles kan beleven. Het volgende avontuur beleefde ik ooit met een dolfijn:

Het was ongeveer tien jaar geleden; we hadden net de Millenium Bug achter de rug, en om dat te vieren had ik een cruise geboekt op de Love Boat. Dit bleek geen succes, toen ik per ongeluk door een spelletje bowls van een paar bejaarde Engelse dames heenliep werd ik subiet overboord gegooid door Kapitein Stubing en scheepsneger Isaac. Het had niet veel gescheeld of dit was m’n dood geworden.

Dat het niet zover kwam, had ik volledig te danken aan de ontmoeting die dertig minuten plaatsvond nadat ik door Kapitein Stubing en scheepsneger Isaac overboord was gegooid. Opeens was-ie daar: de pratende dolfijn Hendrik. Een prachtbeest. Pratende dolfijn Hendrik maakte deel uit van het veelgeprezen Dolphins Rescue Team, een organisatie die er alles aan doet de goede naam van dolfijnen hoog te houden en optreedt als er mensen in nood zijn. Flipper maakte er in zijn tijd ook deel van uit.

Van pratende dolfijn Hendrik hoefde ik slechts op z’n rug te gaan zitten, en dan zou alles goed komen. Met de Love Boat en Kapitein Stubing zou later nog wel worden afgerekend. Volgens Hendrik was er al een squadron Dolphin Fighters onderweg om die ellendige Love Boat naar de bodem van de oceaan te doen zinken. Hoe had die Stubing het in z’n hoofd gegooid een relatief onschuldige jongen overboord te gooien en al die onuitstaanbare bejaarden in leven te laten! Dolfijnen hebben een hekel aan bejaarden, verder zijn ze lief.

Toen ik eenmaal op de rug van Hendrik zat, zei hij – het is immers een pratende dolfijn -: ‘Nou jongen, hou je maar goed vast, dan gaan we duiken. Als je honger hebt, kun je gewoon een hapje nemen uit mij, dat groeit wel weer aan.’ Een geruststellende gedachte. Met z’n vin gaf Hendrik me nog een Smith Exhalititor 2000 aan, een apparaat dat de dolfijnen hebben ontwikkeld om mensen adem te kunnen laten halen als ze onderwater op de rug van een dolfijn zitten. Die kwam erg goed van pas dus.

Na twee uur zwemmen bereikten we een rieten onderwaterhutje. We bleken even op de koffie te gaan bij inktvis Paul, die op dat moment nog gewoon in de oceaan vertoefde. Hendrik dronk koffie verkeerd, ik een Fristi en inktvis Paul 8 bier (dat kan met tentakels). Pratende dolfijn Hendrik en inktvis Paul, die ook bleek te praten, babbelden honderduit over van alles en nog wat.  

Onder meer de politieke situatie in Snorkelland, het machogedrag van zeepaardjes en de hoge prijs van het zeewier passeerden de revue. Nadat Paul had voorspeld dat hij het nog niet zag gebeuren dat de eerstkomende tien jaar een neger president van de Verenigde Staten zou worden, zwom Hendrik weer verder. Met mij op z’n rug. Een pijnlijke stilte tussen de pratende dolfijn Hendrik en mij volgde.

Toen de pijnlijke stilte eenmaal voorbij was, stelde Hendrik voor een potje te gaan onderwaterbiljarten bij Lowietje, een dikke zeeleeuw. Onderwaterbiljarten is net zoiets als gewoon biljarten, maar dan onderwater. Bij Lowietje zat net een potvis die z’n hoed op de kapstok had gegooid een glaasje cognac te drinken aan de bar. Lowietje zei tegen ons (ook Lowietje kon praten): ‘Goedendag Hendrik de pratende dolfijn en onbekende jongeman, lekker weertje hé; al denk ik wel dat er storm op komst is, de plankton drijft allemaal richting het westen.’

Na deze merkwaardige opmerking mompelde de potvis: ‘Plankton…het westen…tuurlijk…’ en zwom hij onder mysterieus mondharmonicaspel naar buiten. Hendrik en ik speelden vervolgens een potje onderwaterbiljart. Hendrik won met 73-14. Nog best knap van mij, ik speelde het immers voor het eerst. Vanwege mijn verlies moest ik een glaasje Schelvispekel adten van Hendrik.

Weer twee uur later hadden we dan eindelijk het hoofdkwartier van het Dolphins Rescue Team bereikt. Omdat de dolfijnen een mannetje tekort kwamen bij het onderwaterklaverjassen mocht ik nog even blijven. Een groot succes werd dit niet: Hendrik en ik gingen liefst zeven keer nat. Iets wat ook bij het onderwaterklaverjassen – gek genoeg – niet de bedoeling is. Hierop flipperde Hendrik drie keer z’n vin tegen m’n neus en schopte me in de onderzeeër die me weer naar de oppervlakte zou brengen. Ik kon het hebben van Hendrik; hij had m’n leven gered.

Twittert u zich net als twitterende dolfijn Hendrik helemaal kapot? Volg ons op Twitter.

The Love Boat:

9 reacties op “De dolfijn”