Ribbons

Het lijkt een beetje op de krul die juf Huppeldepup (vul de naam in van de juf die je had in groep 3,4 of 5) zette wanneer je iets goed of zelfs prima gedaan had. Ribbons. Je kunt ze op je revers dragen als je ergens tegen of voor bent. Meestal tegen. Je kunt ze ook op andere plaatsen dan je revers dragen. Er zijn dagen dat je geen revers hebt. Dan speld je ze gewoon op je blouse of t-shirt. Of wat je die dag ook maar draagt.

Zo werd ik laatst wakker na een avond zuipen in de kroeg en bleek ik ’s ochtends bij het bijeenrapen van mijn kleding ineens tegen huiselijk geweld te zijn. Terwijl ik dat helemaal niet ben. Wanneer mijn computer iets doet wat ik niet wil, sla ik tegen het beeldscherm. Slaan is eveneens mijn manier op kapotte huishoudelijke apparaten te repareren.

Ik verdiende hem dus eigenlijk niet, die ribbon. Maar ja, als er twaalf vrouwen in witte jassen de kroeg doorstruinen met telkens weer het verzoek om de ribbon te dragen, dan zwicht je op een gegeven moment. ‘Maar ik ben helemaal niet tegen huiselijk geweld’, probeerde ik nog. Dat maakte niet uit. Het ging om de signaalfunctie die van de ribbon uitging.

Je merkt het al: er is sprake van ribboninflatie in Nederland. De ribbons zijn overal. Een lintje tegen bedorven bananen is snel in elkaar geknutseld. Hoog tijd voor een ribbon tegen ribbons dus.

Omdat dat nogal hypocriet zou zijn, en omdat Arie Ribbens – door Nico Dijkshoorn uitgesproken klinkt dat als Arie Ribbons – mijn held is, heb ik wat anders bedacht. Iedereen die tegen de wildgroei aan ribbons is, moet het volgende doen: print een afbeelding van Arie Ribbens, koop een button bij de plaatselijke buttongigant, stop Arie erin, en draag hem met trots. Altijd en overal. Tot de ribbons zijn verdwenen uit het straatbeeld en alles draait om Ribbens.

En daarna ook nog. Het is immers een button. Met Arie Ribbens erin!

Volg ons op Facebook en vind ons leuk op Twitter. Of andersom. Kijk maar.