Coen Moulijn en de konijnen

Vlak voordat het overlijden van Coen Moulijn bekend werd gemaakt, las ik een bericht met de titel ‘De bal in Camp Nou leek wel een konijn’ op de site van VI. Barcelona-speler Sergio Busquets klaagde over de kwaliteit van de grasmat in Camp Nou, dat de bal daardoor vreemd bewoog en dus op een konijn leek. Die kunnen ook alle kanten op springen immers. Leuk gevonden van Sergio. Zo’n quote zie ik pak ‘em beet Demy de Zeeuw nog niet produceren. Ook in het geven quotes zijn Spanjaarden dus beter dan Nederlanders.

Wat Sergio niet kon weten is dat er even later een bericht op de site van VI verscheen waarin melding werd gemaakt van het overlijden van Coen Moulijn, volgens Feyenoord de beste speler uit de geschiedenis van Feyenoord. En dat kan kloppen; Coen verloor bijvoorbeeld nooit met 10-0 van tegenstanders. Tijdens het lezen van het trieste bericht over de dood van Coen Moulijn moest ik echter niet per se aan z’n voetbalkwaliteiten denken, maar dacht ik terug aan de konijnen van Sergio.

Wat zou Coen van konijnen hebben gevonden?, dat dacht ik. Ik weet het, een gekke gedachte. Maar volgens mij had Coen heel veel met konijnen. Omdat ik erg jong ben, heb ik Coen Moulijn nooit live zien voetballen en ken ik hem slechts van flitsen. En van tv-interviews. Daarin kwam hij over als een lieve man, en lieve mannen houden van konijntjes, zo is mijn stellige overtuiging.

Toch zou het me ook niet verbazen als ik de komende dagen zo’n typische anekdote van een oud-tegenstander op tv zou zien. Dat hij erbij was toen Coen Moulijn een konijn in de kruising schoot. ‘Ja, we speelden uit bij Feyenoord, die malle Giepie van Mierenzeem stond nog rechtsback bij ons. Coen draaide hem helemaal dol. Gek werd Giepie ervan. Toverde hij op een gegeven moment een konijn uit z’n broek. Hielp niks. Ook met het konijn dreigde Coen gewoon binnendoor te gaan, ging hij buitenom en schoot dat konijn vervolgens zo in de kruising. Ongrijpbaar was-ie. Zelfs met een konijn aan de voet. Een prachtmens.’

Dat soort anekdotes ontroert mij altijd. Ze zijn altijd aangedikt, en zo hoort het met anekdotes. Over vijftig jaar heeft Wesley Sneijder een kabouterpakje aan en een puntmuts op z’n hoofd toen hij die bal tegen Brazilië erin kopte. Op één gebied kunnen anekdotes over Coen Moulijn echter nooit aangedikt worden: hij dreigde altijd binnendoor te gaan en ging dan buitenom. Dat zegt al genoeg, we hadden niet met een egoïst te maken.

Tegenwoordig wil iedereen maar binnendoor gaan. Coen niet. Hij was de klassieke linksbuiten. Een voorzet was meer waard dan een doelpunt. Zelfs een passeerbeweging was meer waard dan een doelpunt. Linksbuitens zijn nu eenmaal stylisten. En dat geldt alleen voor linksbuitens. Vergeleken bij linksbuitens zijn rechtsbuitens bijvoorbeeld rouwdouwers die in hun vrije tijd schoorstenen vegen. En dat zeg ik echt niet alleen omdat ik vroeger zelf linksbuiten was.

Nee, Coen Moulijn illustreert het zelf nog het beste in een bekend fragment uit de legendarische wedstrijd tegen Real Madrid. Moulijn staat op eigen helft en daagt z’n tegenstander uit. Hij wil passeren. Dat lukt uiteraard, maar z’n tegenstander schopt hem doormidden. Coen vindt dat niet eerlijk. Hij rent op de tegenstander af. Z’n ploeggenoten helpen hem. Uiteraard. Je hebt van Coen af te blijven. Onder een Coen, Coen, beheers je toch… van de commentator wordt de speler van Real Madrid opgejaagd als een…tja, als een  angstig konijn. Rust zacht Coen.

Wij zijn de linksbuiten onder de twitteraars. Volg ons!

Het filmpje waarbij Coen Moulijn neer wordt geschopt:


16 reacties op “Coen Moulijn en de konijnen”