Praten over de doden

ramsesNu er in Nederland veel dagelijkse tv-programma’s zijn, wordt er ook veel gepraat over mensen die net dood zijn gegaan. Het motto ‘Over de doden niets dan goeds’ wordt hierbij hoog in het vaandel gedragen. Het zou ook gek zijn om Ramses Shaffy z’n boze buurman van vroeger uit te nodigen en hem nog eens te laten fulmineren over die hoge boom in Ramses z’n achtertuin. Of die teringherrie van hem ’s avonds laat, met die Liesbeth List. “Dan stond je wel eens bij hem aan de deur, om te vragen of ze nou eindelijk op zouden houden. Zei die alleen maar: “We zullen doorgaan, we zullen doorgaan. Lalahalalaha……Lalahalahalala…”. De ouwe seniele gek!”

Gister werd er dus door anderen over Ramses Shaffy gepraat. Hij was immers gestorven. Er werd veel goeds gezegd over deze levenskunstenaar die we als de Nederlandse Jacques Brel mogen zien (jaja, ik heb goed opgelet). En terecht. Ies ook hele mooie man, om met Martin Simek te spreken. Hij en anderen openden het bal in DWDD.

Via Nova en Pauw&Witteman zat je de hele avond geramsest. Ook Albert Verlinde zal nog wel een duit in het zakje gedaan hebben, maar dat had ik niet over voor dit stukje. Aan het eind van de avond had ik het idee dat ik meer wist over Ramses dan dat zijn door Korsakoff aangetaste hersens zelf nog konden reproduceren in de laatste jaren van z’n leven.

Zo kwamen we erachter dat Ramses Shaffy jarenlang begeleid is door een bejaarde met een glimmend pak en een leren petje op z’n hoofd die – hoe toepasselijk- Thijs van Leer heet. Hij zong wel een mooi liedje, zo uit z’n hoofd en zonder muziek. Dat dan weer wel. Daarna vertrouwde Annemarie Oster ons toe dat Shaffy eigenlijk een pedofiel was die graag met 13-jarige meisjes tongzoende. Tot slot ging Harry Mulisch nog wat over zichzelf praten, dat hij bijvoorbeeld meer en hele andere wijven neukte dan Ramses. Niet zo gek, want Ramses was in z’n vrije tijd ook nog homo.

Door naar NOVA. Die hadden een goede vriendin en tevens doventolk opgetrommeld. Zij vertelde onder meer dat Shaffy z’n kanker lachend tegemoet trad en dat hij bij een groep hoort die bij mij normaal gesproken wel voor het predikaat ‘onuitstaanbaar’ in aanmerking komt: mensen die vlak voor de deur van het ziekenhuis vrolijk staan te paffen. Van Ramses kon ik het geloof ik wel hebben. Paffend kwam-ie aan z’n einde. Typisch Ramses, zouden de mensen in bovengenoemde tv-programma’s ongetwijfeld gezegd hebben.  

Als afsluiter van de Super Shaffy-avond stond Pauw&Witteman geprogrammeerd. Zij hadden Frank Boeijen en riooljournalist en musicalproducent Henk van der Meijden uitgenodigd om hun zegje te doen over de gestorven chansonnier. Op zich een trieste constatering, dat deze musicalgoeroe ook een vriend was geweest van Shaffy. “Ramses, the musical” ligt dan immers op de loer. De belangrijkste bijdrage aan het gesprek kwam na drieënhalve minuut echter uit de mond van Frank Boeijen. “Als Ramses zat, dan zat-ie ook echt”. Henk van der Meijden knikt begrijpend en zucht instemmend. Tsja…., het blijft een gek fenomeen, dat praten over de doden.

6 reacties op “Praten over de doden”