NPO

U heeft het vast meegekregen: de Nederlandse publieke tv- en radiozenders zullen in de toekomst niet langer Nederland 1, Radio 1, etc. heten, maar gaan straks door het leven als NPO 1, NPO Radio 1, etc. Ter compensatie heb ik vanochtend alvast mijn smartphone, van het type HTC One, omgedoopt tot Telefoon One.

Henk Hagoort, bestuursvoorzitter van de Nederlandse Publieke Omroep, is tot de naamsverandering gekomen om ‘online beter tegenwicht te kunnen bieden aan internationale mediamerken als YouTube, Google en Apple’.

Ja, daar schrok ik ook even van. Maar inmiddels ben ik er alweer aan gewend. Het lijkt me zelfs best handig. Straks typ je gewoon in een balkje ‘Wie is de mol?’ op de website van Google-concurrent NPO en dan verschijnt daar de naam van de BN’er die de boel in een ver land voor de gek heeft gehouden. Niet meer weet ik veel hoeveel afleveringen aan het lijntje worden gehouden door Art Rooijakkers, maar binnen een paar seconde weet je het. Heerlijk.

Ik zie ook innovatiekansen voor de NPO: een service waarbij je een moeilijk uit te spreken woord in het balkje kunt typen, waarna de stem van de Rijdende Rechter je vertelt hoe je het woord precies moet uitspreken, uiteraard gevolgd door zijn lijfspreuk ‘dit is mijn uitspraak en daar moet u het mee doen’.  Daar kan Google nooit aan tippen, zonder een Rijdende Rechter.

Maar het meest kijk ik toch uit naar hoe de NPO de concurrentieslag met YouTube zal gaan winnen: een filmpje van een niezende Lucille Werner in een kooi, die schrikt van zichzelf. Ik kan niet wachten.

Die paar honderdduizend euro voor nieuwe logo’s en het uitkopen van de Nederlandse Postduiven Organisatie is een peulenschil bij alle lol die we gaan hebben van het internationale mediabedrijf NPO. En ach, anders was dat geld toch weer uitgegeven aan programma’s met Volendammers in de hoofdrol.

Volg ons op Facebook en vind ons leuk op Twitter. Of andersom. Kijk maar.