De vierde man

Na weken van onenigheid is er gisteravond in Zeist een informeel overleg geweest tussen het Nederlandse scheidsrechterskorps en het Nederlandse trainersgilde. De trainers vaardigden onder andere Wiljan Vloet af. Niet echt een teken van goede wil van de trainers; Wiljan Vloet heeft de nare gewoonte de oren van je kop te lullen. Een avond informeel overleggen met Wiljan Vloet erbij lijkt me derhalve erger dan een stukje Nordic walken door de hel.

Ondanks de aanwezigheid van Wiljan Vloet zijn de heren het toch ergens over eens geworden: de rol van de vierde man moet een stuk duidelijker worden. Voor wie niet zoveel van voetbal weet: de vierde man is in de voetbalwereld eigenlijk het vijfde wiel aan een wagen. Je kent het wel, zit je in de kroeg gezellig met drie vrienden te praten, en dan is daar opeens de man die heel hinderlijk een elektronisch bord de lucht in gaat staan houden waarop staat over hoeveel minuten je weer bier moet bestellen: de vierde man.

Op het veld doet-ie dat ook, alleen is het bier bestellen dan de blessuretijd. En voor de rest doet-ie ook nog iets, maar het is niet geheel duidelijk wat precies. Volgens de trainers en de scheidsrechters moet daar dus nu verandering in komen. Eensgezind verklaarden ze zulks na afloop van het informele overleg. Dat klinkt goed, zo’n gemeenschappelijke verklaring van de trainers en de scheidsrechters. Kon in de praktijk nog wel eens tegen gaan vallen…

Verklaren dat je ergens duidelijkheid over wil hebben is één ding, maar een invulling geven aan die duidelijkheid is een tweede. En dat is denk ik waar de schoen gaat wringen. Vermoedelijk verstaan de trainers onder de duidelijkheid dat officieel wordt vastgelegd dat de vierde man niets meer is dan een zielig hoopje mens achter een tafeltje die naar hartenlust uit kan worden gescholden door de trainers. Een menselijke boksbal.

Het scheidsrechterskorps echter, ziet waarschijnlijk in de toekomst een grote geïnstitutionaliseerde rol weggelegd voor de vierde man. Dat-ie in de toekomst het veld in mag komen bij een penalty en dan met z’n neus bij de penaltystip gaat liggen om te controleren of de penaltynemer de stip wel een beetje heel laat bij het nemen van de penalty.

Of dat ze hem een schaar en een spiegeltje geven om nog tijdens de wedstrijd het kapsel van de trainers een beetje te fatsoeneren (Gertjan Verbeek, Pieter Huistra, Adrie Koster). Een rol als vertaler voor hetgeen de trainer z’n spelers onverstaanbaar toe lispelt, zou ook het overwegen waard kunnen zijn (Fred Rutten). En anders kan hij toch op z’n minst een officiële rol krijgen als hand-voor-de-penis-houder, wanneer zo’n trainer het weer eens in z’n hoofd haalt om z’n broek uit te trekken (Louis van Gaal).

We zullen zien hoe het af gaat lopen, maar ik vrees dat het laatste woord over de vierde man nog niet is gesproken. Zeker niet door Wiljan Vloet, die horen we vast nog eens, z’n ogen uit z’n kassen rollend, woedend over die vierde man spraakwatervallen na een verloren wedstrijd.

Al meer dan vier mannen volgen ons op Twitter, maar u kunt er ook nog wel bij!

2 reacties op “De vierde man”