De boommarter

Marter me maar dood als het niet waar is, maar de boommarter komt veel voor in een bosrijke omgeving. Ja, wat zou je ook willen, het is een boommarter. Zo’n beest is niet helemaal van de pot gerukt, en gaat, als geboren en getogen boommarter, heus niet bij u in het gootsteenkastje zitten. Nee, hij zoekt mooi een eik, of desnoods een beukenboom, uit om de boommarter uit te hangen. Ze zijn niet op hun achterhoofd gevallen, die boommarters.

Eén keer was er wel een boommarter op z’n achterhoofd gevallen. Die viel ter plekke dood neer. Dus daar horen we in de toekomst vermoedelijk niet zo veel meer van. Of hij moet een soort Jezus onder de boommarters zijn, en op wonderbaarlijke wijze weer terugkeren op aard. Maar die kans is, zo moeten we onder ogen zien, natuurlijk erg klein. Tuurlijk, ik gun het zo’n boommarter best, doch neemt u me alstublieft niet kwalijk dat ik een beetje realistisch blijf.

De boommarters die niet op hun achterhoofd gevallen zijn en derhalve nog volop in leven zijn worden zo’n 36 tot 56 centimeter lang. Er is één keer een boommarter van maar liefst 74 centimeter waargenomen, maar die bleek achteraf op een kratje Heineken te staan. Nu moet u niet meteen denken dat de boommarter de hele dag bier loopt te zuipen, want daar is niks van waar. Liever voedt hij zich met eekhoorntjes. Handig, ook die vertoeven vaak in bomen.

Naast schattige eekhoorntjes eet de boommarter nog allerhande muizen, om eens een mooi voorbeeld te noemen: de rosse woelmuis, en loopt het water hem in de mond bij dieren als duiven, spechten, kikkers en kevers. Wanneer er echt niks anders te eten is dan eet hij ook nog honing en mieren. Kortom, een uitgebreid dieet. De boommarter hoeft geenszins om te komen van de honger.

De boommarter komt wel om als hij wordt opgevreten door een oehoe. Dat is logisch, als je wordt opgevreten, kom je om. Dat zijn de wetten van de natuur, waar ook de boommarter zich gewoon aan moet houden. Hij laat zich natuurlijk niet zomaar vangen door zo’n oehoe. Bij tal van dieren vindt er een enerverend gevecht plaats tussen jager en prooi. Bij de boommarter en de oehoe is dat niet anders. Verschil is alleen dat de boommarter zich niet fysiek verdedigt, door weg te rennen, of iets doet met schutkleuren, maar dat hij zich verbaal verweert.

Wanneer er een oehoe op het punt staat een boommarter aan te vallen, dan roept de boommarter: ‘Ho ho, oehoe, laten we er even rustig over praten…Wat denkt u het recht te geven mij zomaar uit het leven te rukken?’ Vaak ontstaat er dan een levendige discussie waarbij de boommarter aangeeft dat hij een gezin heeft om voor te zorgen, er nog twee eekhoorntjes in z’n vriezer liggen en hij nog een heel leven voor zich heeft. De oehoe dient hem van repliek door te zeggen dat ook hij een gezin heeft om voor te zorgen en dat hij niet van eekhoorntjes houdt. Nou, zo’n discussie kan dan nog wel een tijdje doorgaan.

Meestal mondt het er uiteindelijk wel in uit dat de boommarter het onderspit delft, hoe goed z’n argumenten ook zijn. Dan zegt zo’n oehoe aan het eind van het verhaal gewoon: ‘dat kan wel zo zijn meneer de boommarter, maar ik eet u toch op. Ik ben veel groter en sterker’. De gevallen waarbij de boommarter daadwerkelijk in leven bleef door de discussie aan te gaan, zijn op de vingers van één hand te tellen. Wellicht is het tijd voor een nieuwe  verdedigingstechniek. Anders zal de boommarter wel altijd een bedreigde diersoort blijven.

Geen discussie; volg ons gewoon op Twitter!

9 reacties op “De boommarter”