Vrouwen op buitenijs

Trager dan de snelheid, dat is de titel van een boek van de door mij zeer gewaardeerde Herman Brusselmans. Ik las dat boek recent. Het gaat over een man die in het huis van wijlen Hugo Claus woont en als dichter wil doorbreken met zijn gedichtenbundel, die de welluidende titel‘De kameel van Auschwitz’ heeft. Tussen het dichten door heeft de hoofdpersoon zich ook nog eens voorgenomen zijn vrouw te bedriegen door vijf keer overspel te plegen. Dit lukt uiteindelijk, onder meer doordat hij de moeder van z’n vrouw en het vriendinnetje van z’n zoontje een beurt geeft.

Het boek gaat niet over vrouwen die schaatsen op buitenijs. En dat is wel gek, want met zo’n titel had er op z’n minst een passage in moeten staan over zich in de buitenlucht voortbewegende dames op ijzers. ‘Trager dan de snelheid’ is de enige juiste omschrijving voor hetgeen ik zojuist, zaterdagmiddag, zag tijdens het EK allround op het buitenijs van Collalbo.

Ik keek naar de eerste ritten van de 3000 meter. Dames met namen als Agota Toth, Tatyana Mikhalyova en Katerina Novotna begaven zich op de net gedweilde ijsvloer. Ondanks het dweilen was die ijsvloer van een vrij matige kwaliteit. Dit lag aan het kutweer in Collalbo. En wat krijg je als je een ijsvloer van een vrij matige kwaliteit vanwege kutweer combineert met dames als Agota Toth, Tatyana Mikhalyova en Katerina Novotna? Beelden van bijna stilstaande dames die toch echt driftig met de pootjes heen en weer probeerden te bewegen. Trager dan de snelheid.

Soms deden ze wel 39 seconden over een rondje. Dat is heel erg lang als je er naar zit te kijken. Zo kun je in 39 seconden ook een hoop andere dingen doen. Usain Bolt bijvoorbeeld, die loopt maar zo de honderd meter vier keer in 39 seconden. Je kunt ook 119 keer ‘doorschaatsen, kutwijf!’ richting je tv schreeuwen in 39 seconden. Geloof me maar, ik heb het net gedaan. Tenslotte kun je ook nog heel rustig – met één tel per seconde – tot 39 tellen in 39 seconden.

En dat had ik ook wel nodig bij het kijken naar de beelden van die schaatsende standbeelden. Woedend werd ik ervan. Zo woedend dat tot tien tellen niet voldoende was om weer tot rust te komen. Nee, ik moest maar liefst tot 39 tellen om weer zonder schuim om m’n mond op de bank te kunnen zitten. Tijdens het tellen beeldde ik me in dat ik op een ijsbaan was, een rondje schaatste, m’n schaatsen weer uitdeed, een gedicht van veertien coupletten maakte over een kameel uit Auschwitz, en op het middenterrein van de ijsbaan een pan goulashsoep bereidde. En dat alles in 39 seconden.

Dat ik niet de enige was die aan goulashsoep moest denken bij het kijken naar de eerste ritten van de 3000 meter voor vrouwen, bleek toen Mart Smeets, Rintje Ritsma en Anni Friesinger, tijdens de dweilpauze die volgde na de 16 uur en 37 minuten durende martelgang die de eerste vier ritten waren geweest, een paar minuten gingen babbelen over de ingrediënten voor in de goulashsoep. Wat moet je ook anders?

Ons volgen op Twitter doe je in een paar seconden!

10 reacties op “Vrouwen op buitenijs”