Medelijden met Joop Zoetemelk

Elke zomer weer voel ik een intens medelijden met Joop Zoetemelk. Dat lijkt een beetje gek. Zo op het eerste gezicht lijkt Joop het namelijk aardig getroffen te hebben: hij won de Tour de France, werd wereldkampioen en leeft nu letterlijk als een God in Zuid-Frankrijk, hij bestiert daar een hotel en een restaurant. Toch heb ik vaak medelijden met Joop.

Je zou nog even kunnen denken dat dit medelijden wordt opgewekt door z’n naam. Het tegendeel is waar. Ik vind Joop Zoetemelk een fantastische naam. Zeker voor een wielrenner. Joop is natuurlijk altijd goed, maar als er Zoetemelk achter staat dan krijgt het extra cachet. Joop en cachet, wie had gedacht dat die woorden nog eens samen in een zin op zouden duiken. Dat komt dus door Zoetemelk.

Zoetemelk, eigenlijk klopt er geen flikker van. Melk met suiker, dat is niet te zuipen. Dan nog liever lauwe thee. Met zo’n naam kun je eigenlijk alleen maar wielrenner worden. Zie je het al voor je, dat je op het punt staat een huis te kopen en de notaris zich voorstelt als Joop Zoetemelk? Of dat je op het naambordje van je arts ‘Joop Zoetemelk’ ziet staan? Dan hou je mooi je broek aan en loop je nog wel even door met die aambeien. Laat staan dat je een fles melk koopt bij een melkboer die op z’n wagen ‘Joop Zoetemelk’ heeft staan.

Voor een wielrenner is het echter de perfecte naam. En Joop werd wielrenner. Een hele goede ook. Hij won, zoals gezegd, de Tour de France. Nog steeds geen reden voor medelijden met Joop dus. Maar nu komt het hoor. Joop Zoetemelk was namelijk niet de enige Nederlander die de Tour de France won. Er was er nog één. En daar gaat het mis.

Want, jammer genoeg voor ons en Joop, was die andere winnaar niet Koos Moerenhout. Dat was toch mooi geweest. Een Koos en een Joop, van achteren Moerenhout en Zoetemelk, die als enige Nederlanders de tour gewonnen zouden hebben. Prachtig. Na hun carrière hadden ze mooi samen, als een soort Batman&Robin, de misdaad kunnen bestrijden op een gele tandem. De Joker had gek staan te kijken als hij het opeens op had moeten nemen tegen een Moerenhout en een Zoetemelk op een gele tandem.

Het liep anders. Koos won nog niet eens een etappe in de Tour. Nee, Jan Janssen was de andere Nederlander die ooit de Tour de France won. Zodoende zit Joop Zoetemelk niet met Koos Moerenhout op een tandem, maar moet hij elk jaar in tv-programma’s op komen draven met de onuitstaanbare Jan Janssen.

Jan Janssen is de man met de bril met paarse glazen erin die een vraag als ‘Jan, mag ik het zout?’ ziet als de ideale mogelijkheid om nog eens een anekdote te vertellen waarin hijzelf de hoofdrol speelt. Jan raakt nooit uitgesproken over zichzelf. Hij ratelt maar door. Dat maakt Jan Janssen tot een waardeloze kampioen van vroeger. Kampioenen van vroeger zijn bescheiden. Kijk maar naar de kampioen der kampioenen, Ed Merckx. Die zul je alleen af en toe horen mompelen: ‘Mjoa, ik had er wel aardig goesting in hard te koersen’. Dat is voldoende voor een echte kampioen van vroeger.

Dat weet ook Joop. Je ziet het hem denken wanneer hij voor de zoveelste keer naast een maar doorratelende Jan Janssen zit. Daarom heb ik medelijden met Joop Zoetemelk.

31 reacties op “Medelijden met Joop Zoetemelk”