Het dagboek van Sjaak L. Grottenhoofd

Hallo, ik ben Sjaak L. Grottenhoofd. Al 46 jaar een onuitstaanbare vent, waarvan ik er nu alweer 20 getrouwd doorbreng met de eveneens onuitstaanbare Rita. Samen hebben we twee kinderen. Gezinus van 12 en Teun van 16. Teun is een meisje. Vroeger noemden we haar Teuntje; nu is ze 98 kilo, dus dat gaat niet meer. Ondanks haar 98 kilo zit ze – god betere het – op korfbal. Gezinus voetbalt, heeft een bril en wordt gepest. Ik ben woonachtig op Kievitsei 38 te Kerkdriel, waar ik tevens werk als gemeenteambtenaar. De hel op aarde.

Zoals u wellicht al merkt erger ik me voortdurend en klaag ik me een weg door het leven heen. Daarom heeft onuitstaanbaar.nl me gevraagd een dagboek bij te houden. Elke zondag zullen mijn ‘belevenissen’ van de afgelopen week gepubliceerd worden op deze website. Ik hoop dat u er plezier aan beleeft, dan dient mijn verder compleet zinloze leven toch nog ergens toe.

Maandag 17 januari

Dat Trudy Pasveer even onuitroeibaar is als onuitstaanbaar bewees ze door vandaag weer op het gemeentehuis te verschijnen, nadat ik haar vorige week in een juten zak had gestopt en in de Maas had geflikkerd. Vandaag haalde ze het bloed onder mijn nagels vandaag door opeens met een pincetje onder m’n nagels te gaan peuren. Waar haalt dat kutwijf het lef vandaan?! Woedend liep ik naar de keuken van het gemeentehuis, kookte anderhalve liter water in de daar aanwezige waterkoker, liep weer terug naar de werkvloer, en goot het kokend hete water over Trudy heen, die verbaasd reageerde met: ‘oei, dat is heet!’

Dinsdag 18 januari

Ik werd vandaag wakker met ontzettende hoofdpijn. Daarop besloot ik mijn huisarts Gerard Klaafhorst te bezoeken. Na een uitgebreid onderzoek, waarbij Gerard me onder meer een komkommer op m’n hoofd kapot sloeg, concludeerde hij dat er meer onderzoek nodig was. Per direct. Gerard bracht me naar het ziekenhuis, waar ik een scan zou ondergaan. Helaas wisten ook de artsen in het ziekenhuis de oorzaak van mijn hoofdpijn niet te vinden. Tot een coassistente vroeg of ik gisteren misschien had gedronken. Waarheidsgetrouw antwoordde ik: ‘ Ja, zeventien bier en een halve fles whisky.’ Nou, dat bleek dus de oorzaak van mijn hoofdpijn te zijn. Met een gerust hart verliet ik kotsend en wel het ziekenhuis.

Woensdag 19 januari

Telefoontje van het ziekenhuis. Bij de scan van gisteren, die de oorzaak van mijn hoofdpijn vast had moeten stellen, hadden de artsen een baarmoeder aangetroffen in mijn lichaam. Het leek de artsen verstandig die morgen operatief te verwijderen. Na kort nagedacht te hebben, stemde ik toe. Wat moet ik ook met een baarmoeder?, was een gedachte die een belangrijke rol speelde bij de totstandkoming van dit besluit. Bovendien vind ik die zustertjes in een ziekenhuis ook altijd wel geil.

Donderdag 20 januari

Vol goede moed vertrok ik zo rond 11.13 naar het ziekenhuis om mijn baarmoeder operatief te laten verwijderen. Klokslag 12.00 meldde ik me bij de receptie en zei: ‘ Goedendag dames van de receptie, ik kom voor een baarmoederverwijdering, waar kan ik me melden?’ Nou, dat bleek natuurlijk op de afdeling ‘ baarmoederverwijderingen’ te zijn. Dat had ik achteraf zelf ook nog wel kunnen bedenken. Op die afdeling aangekomen werd ik vrijwel direct onder narcose gebracht en werd mijn baarmoeder verwijderd. Na de operatie vroeg de chirurg of ik m’n baarmoeder mee naar huis wilde, en zo ja, of ik er ook een tasje bij wilde.

Vrijdag 21 januari

Na een baarmoederverwijdering kun je natuurlijk niet zo weer op de fiets stappen en wegtuffen. Vandaar dat ik overnachtte in het ziekenhuis en vanochtend gewekt werd door verpleger Wim, in alles het tegenovergestelde van een geil zustertje. Een frigide homo, daar leek hij op. Toen ik zo rond een uur of twee lekker in een bakje had gekakt, kwam mijn psycholoog, Henk de Boer heet hij, langs. Hij vond dat ik door mijn fysieke ongemak niet een sessie moest missen. Bovendien, zo vertelde hij, moest Henk de Boer toch in het ziekenhuis zijn. Zijn eierstokken zouden vandaag verwijderd worden. In de sessie van vanmiddag zouden we gaan bespreken hoe een leven zonder baarmoeder er voor mij uit zou gaan zien. Maar eerst vertelde ik nog enthousiast over olieverf, knikkers, de vuurtoren op Schiermonnikoog, kniebeschermers, naziparafernalia, dropharingen, het gebit van Ruud Gullit, zevenmijlslaarzen, honing, chloorvrij papier, het oeuvre van Remco Campert en versgemaakte pasta door een dik Italiaans wijf met een snor.

Zaterdag 22 januari

Omdat ik nog steeds in het ziekenhuis lag, kon ik niet zien hoe het voetbalteam van mijn zoon in de eerste wedstrijd na de winterstop met 9-2 verloor. Het was wel toevallig dat Gezinus uitgerekend vanmiddag met z’n hoofd tegen de doelpaal knalde en afgevoerd moest worden naar het ziekenhuis. Inderdaad, het ziekenhuis waarin ik lag bij te komen van mijn baarmoederverwijdering.

Sjaak is niet zo’n twitteraar, maar wij wel. Volg ons!

2 reacties op “Het dagboek van Sjaak L. Grottenhoofd”