Het dagboek van Sjaak L. Grottenhoofd (deel 34)

Hallo, ik ben Sjaak L. Grottenhoofd. Al 46 jaar een onuitstaanbare vent, waarvan ik er nu alweer 20 getrouwd doorbreng met de eveneens onuitstaanbare Rita. Samen hebben we twee kinderen. Gezinus van 12 en Teun van 16. Teun is een meisje. Vroeger noemden we haar Teuntje; nu is ze 98 kilo, dus dat gaat niet meer. Ondanks haar 98 kilo zit ze – god betere het – op korfbal. Gezinus voetbalt, heeft een bril en wordt gepest. Ik ben woonachtig op Kievitsei 38 te Kerkdriel, waar ik tevens werk als gemeenteambtenaar. De hel op aarde.

Zoals u wellicht al merkt erger ik me voortdurend en klaag ik me een weg door het leven heen. Daarom heeft onuitstaanbaar.nl me gevraagd een dagboek bij te houden. Elke zondag zullen mijn ‘belevenissen’ van de afgelopen week gepubliceerd worden op deze website. Ik hoop dat u er plezier aan beleeft, dan dient mijn verder compleet zinloze leven toch nog ergens toe.

Maandag 4 oktober

Tonnie van Bemmelen had mijn dagboek vorige week wel erg goed gelezen. Met name het deel over dat ik voortaan elke dag zou leven alsof het m’n laatste was had hij erg goed opgeslagen in die bolle kop van hem. Hij deed me vandaag het voorstel om samen met hem een nieuwe messenwerpact te beginnen. Duo Speciaal. In het kort kwam zijn plan er op neer door het land te gaan trekken met een act waarbij Tonnie geblinddoekt met een mes een frikandel, die op mijn hoofd zou staan, doormidden ging klieven, om er dan daarna vanaf een afstandje curry en mayonaise overheen te spuiten. Als klapstuk zou hij een gepelde ui, die dan weer aan een touwtje boven mijn hoofd hing, in één worp met een Nicer Dicer snipperen. Tonnie wilde graag z’n werk maken van frikandellen.

Dinsdag 5 oktober

Omdat ik vanwege m’n burn-out alleen op maandag werk, en Tonnie vandaag ook vrij was, trokken we eropuit om te kijken of zijn frikandel/messenwerpplan levensvatbaar was. Dat gold met name voor mijn rol in het geheel. Messen zijn scherp. Er kleefden dus nogal wat risico’s aan het plan van Tonny. En curry. Dat gaat op den duur ook kleven. Vooral als je een snor hebt. En die heb ik, dat weet u maar al te goed. Om één en ander te testen belandden we in de Bossche snackbar De Puntzak. Hun motto is ‘mayo, joppie, speciaal, we hebben het allemaal’, dus dat beloofde. Omdat blinddoeken niet in het motto van de snackbar voorkwamen, was ik genoodzaakt zes frikandellen voor Tonnie z’n ogen te tapen. Daarna gaf de snackbareigenaar hem een keukenmes en mieterde hij dat mes zo op me af. Althans op me af, het mes landde middenin een poster van Humberto Tan, die toevallig pontificaal, maar wel minstens vier meter bij me vandaan, in snackbar De Puntzak hing. Inmiddels had ik ook in m’n broek gepist. Maar Tonnie stond alweer klaar om de Nicer Dicer te gooien. Omdat Tonnie van de zes op z’n ogen getapete frikandellen er al vier had opgegeten, kwam de Nicer Dicer wel precies terecht op de ui die boven m’n hoofd hing. Wonderwel sneed die de ui in honderd stukjes die allemaal op mij terechtkwamen. Stinkend naar pis en ui besefte ik dat het niet verstandig was is om tijdens een burn-out het deel van een messenwerpduo te zijn dat de messen naar zich toe krijgt gegooid. Nadat Tonnie ook de laatste twee frikandellen van z’n gezicht had gegeten verlieten we, enigszins gedesillusioneerd, snackbar De Puntzak

Woensdag 6 oktober

Gisteren was een vermoeiende dag geweest. Woensdag 6 oktober zou dan ook de geschiedenis ingaan als de dag waarop ik alleen maar op de bank lag. Op de één of andere manier piste ik echter ook vandaag in m’n broek.

Donderdag 7 oktober

Terwijl ik voor de wc stond, piste ik vandaag wederom in mijn broek. Ik was vergeten hem los te knopen en naar beneden te doen. Kan gebeuren.

Vrijdag 8 oktober

Tijd voor m’n wekelijkse sessie met psycholoog Henk de Boer. Na teddybeer Henk de Boer in z’n Maxi-Cosi te hebben gestopt, trapte ik mijn oude Ford Escort op z’n staart en snelde me naar het statige herenhuis waar psycholoog Henk de Boer praktijk hield. We hadden heel wat te bespreken. Hoe het kwam dat ik deze week al drie keer in mijn broek had geplast bijvoorbeeld. Psycholoog Henk de Boer zei dat hij dat vanuit zijn vakgebied niet kon verklaren, waarna ik ook zijn sofa bevuilde.

Zaterdag 9 oktober

Omdat ik doordeweeks in mijn appartement in Den Bosch resideer, zie ik het gezin nog slechts in het weekend. Dat is één van de vele voordelen van mijn burn-out. Alhoewel het natuurlijk niet strikt noodzakelijk is om niet meer bij je gezin te wonen ten tijde van een burn-out. Om mij moverende redenen had ik hier echter wel voor gekozen. Een man mag toch keuzes maken? Nu ja, goed, Rita haar eten was nog steeds niet binnen te houden, Teun was immer nog een dik meisje en Gezinus verloor gewoon met 9-2. Thuis was er niks veranderd. 

Één reactie op “Het dagboek van Sjaak L. Grottenhoofd (deel 34)”