Kattenbriefjes

Van alle briefjes vind ik kattenbriefjes het meest vertederend. Het liefst zie ik ze aan een boom, maar achter het raam kan ook. In kapitalen: VERMIST! En dan een naam – Poekie of Balthasar. Daaronder een foto van Poekie of Balthasar, toen hij nog niet vermist was. Een telefoonnummer plus een hartenkreet, met daarboven het liefst nog een beschrijving van wat je op de foto van Poekie of Balthasar al ziet: hij is grijs met wit.

Ik zie niet alleen een briefje, ik zie een baasje. Een baasje dat huilend punaises in de boom staat te drukken. Dat lukt ook al niet. Waarom is Poekie of Balthasar toch weggelopen?! Het waait en een paar van de dertig briefjes met Poekie of Balthasar erop verlaten tot overmaat van ramp de stapel. De symboliek. Ik zie het baasje er nog even tegen beter weten achteraan rennen. Ook al weg. Wat kan het leven toch oneerlijk zijn. Poekie! Balthasar!

Ik zie het baasje ook achter z’n computer zitten, in een koude studeerkamer. Hij opent de map ‘Poekie’ of ‘Balthasar’. Honderden dezelfde kattenogen kijken ‘m aan. Kijk, daar zit-ie, bij het luikje. Het luikje! Waarom ook een luikje?! Daar kan hij zo door naar buiten gaan en nooit meer terugkomen!

Berusten. Printen. Punaises pakken. De straat op, waar het waait. Even schichtig naar binnen kijken bij de buurman, waar een Vlekkie of een Frederik rustig bij zijn baasje op schoot ligt te spinnen. Weer woede. Waarom niet Vlekkie of Frederik! Wat kan het leven toch oneerlijk zijn. Poekie! Balthasar!

Tja, noem me een sadist, maar bij die gedachten smelt ik.

Volg ons op Facebook en vind ons leuk op Twitter. Of andersom. Kijk maar.