Voetballers en muziekinstrumenten

Voor voetbalnieuws waar je ook een beetje om kunt lachen, kijk ik altijd op de Vlaamse teletekst. Vanwege dat geinige taaltje van ze – laatst was Barcelona niet van plan z’n eieren in één mand te leggen – maar ook vanwege het nieuws dat er soms opstaat. Zo stond er laatst te lezen dat de Belgische international Igor de Camargo banjo speelt om te ontspannen. Hij speelt het liefst samba. Ik wist niet eens dat het kon op een banjo.

De Camargo speelt in Duitsland. Dat maakt het allemaal nog wat gekker. Als ik bij één land niet aan de samba denk, dan is het wel Duitsland. Je heupen bewegen in een lederhose, dat gaat nu eenmaal niet zo gemakkelijk. Überhaupt is het bespelen van een banjo natuurlijk lastig als je de hele tijd twee braadworsten in je handen hebt. In Duitsland zitten ze gewoon het liefst aan een tafel te vreten en te zuipen. Zonder samba en banjo. En geef ze eens ongelijk. Maar dat is weer een heel ander verhaal.

Want het gaat nu om voetballers en hun muziekinstrumenten. Die De Camargo is namelijk echt niet de enige die ontspant door middel van een muziekinstrument. Kijkt u maar eens in de vuilnis van André Ooijer, als u de kans krijgt. Daar liggen elke week tweeëntwintig kapot gestampte gitaren tussen de melkpakken en de etensresten. Zo kanaliseert Dreetje de woede een beetje. Elke avond schopt hij er drie kapot. Op zondag vier. Zonder dat ritueel had hij zich in z’n carrière als een nog grotere idioot gedragen. Muziekinstrumenten, hoe ze ook gebruikt worden, zorgen voor rust in het hoofd van een voetballer.

Wesley Sneijder zat daarom jarenlang iedere dag een uurtje in een contrabas. Mediteren. Tot zichzelf komen. Hij had er zelfs een lampje ingebouwd, om rustig te kunnen lezen. Zonder lampje is het erg donker in een contrabas. Op een gegeven moment verbood Yolanthe het contrabaszitten; toen heeft Wesley nog een tijdje met een tuba om z’n nek rondgelopen in huis, maar dat was natuurlijk geen gezicht. Het zorgde bovendien voor hele vervelende rugblessures. Nu ontspant Wesley met een schuiftrompet.

Je zoekt het niet achter ze, maar bijna alle voetballers zweren bij een muziekinstrument. Wayne Rooney slaat meloenen kapot met een dwarsfluit, Theo Janssen blaast iedere dag na het eten de rook van een heel pakje peuken door een triangel en Messi staat elke dag onder de douche lachend met twaalf Stradivariusviolen te jongleren. Xavi en Iniesta koppen na elke training een half uur lang een ukelele naar elkaar over op een meter afstand van elkaar. Bij ieder ander zou dat al na een minuutje heel veel pijn doen, maar Xavi en Iniesta geeft het rust.

Als je het zo bekijkt, dan is die De Camargo nog zo gek niet bezig met z’n rustgevende sambabanjo. Gekke andere voetballers.

Volg ons op Twitter!