Boer zoekt vrouw: het gedicht

Nadat ik de vorige uitzending van Boer zoekt vrouw op de bank, met mijn moeder naast me zag, moet ik toch zeggen dat ik een beetje verknocht ben geraakt aan boeren die een vrouw (of in het geval van boer Marcel: nageslacht) zoeken. Derhalve schakelde ik ook nu weer in. Op Tweede Kerstdag. Tussen het hoofdgerecht en het toetje door. Een perfecte planning van de KRO.

Wederom stelden de boeren me niet teleur. Maar wat wil je ook; ze gingen met hun vrouwen een activiteit ondernemen. Dan stuurt de KRO ze natuurlijk niet gewoon naar de kroeg, waar ze lekker kunnen zuipen (in het geval van boerin Annemarie: naar een schuurfeest, waar ze lekker kunnen zuipen). Er moet iets geks gebeuren, dat levert leuke televisie is. En zo is het ook. Een boer die een vrouw wil, moet maar mooi in een zwembroek de oren van z’n aanstaande masseren! Daarin heeft de KRO groot gelijk.

Aldus zagen we ze van alles doen. Boer Richard bijvoorbeeld, u weet wel, die man die erger is dan Hitler en Stalin bij elkaar, ging een vlieger bouwen. Boer Gijsbert zagen we dan weer klungelen op roze kunstschaatsen. En boer … – de jonge Limburger wiens naam ik nu even niet weet, terwijl ik ook geen zin heb die even op internet op te zoeken – zagen we dus in een welnesscenter aan oren zitten.

Leuk, maar het viel in het niet bij de date van boer Marcel, die dus kinderen wil. Die ging met z’n wandelende baarmoeders een toneelcursus volgen. Dat wil boer Marcel natuurlijk helemaal niet. Die wil gewoon met z’n penis zo’n dametje bevruchten. Het maakt hem eigenlijk niet uit welke. Dat werd wel duidelijk toen hij steeds z’n telefoon opnam terwijl een dametje net iets gevoeligs zei. Zo’n man wil dus helemaal niet toneelspelen. Maar goed, het moest van de KRO.

Dus trok Marcel een gek pakkie aan en belandde in de wondere wereld van het improvisatietheater. Bij het zien van dat soort gekkigheid krijg ik altijd een beetje plaatsvervangende schaamte. Het is jammer dat een mens dat soort gevoelens kan hebben, dan kun je er niet ten volle van genieten. Toch lukte dat genieten nog wel een beetje toen Marcel en één van zijn potentiële moeders een afwasscene na stonden te doen.

Maar goed, het is ook niet makkelijk, acteren. Zet Gijs Scholten van Asschat of Pierre Bokma in een stal met dertig zwangere koeien neer en je lacht je waarschijnlijk ook kapot. Jezelf kapot lachen. Dat is een mooie bezigheid. En dat gebeurde met mij nadat – dit stukje heet niet voor niets Boer zoekt vrouw: het gedicht – de dames bij de toneelcursus een liefdesgedicht moesten schrijven en voordragen. Voor Marcel.

Ik had het denk ik geprobeerd met: Grind, grind, grind/Ik wil met jou een kind. Of natuurlijk Genocide, genocide, genocide/Ik wil met jou een kind. Zolang die laatste zin er maar staat, maakt het Marcel niet uit wat ervoor staat, en of het rijmt. Toch koos vrouwtje Sonja voor, zoals ze het zelf betitelde, een heel gek ander gedichtje. Het gaat als volgt, en ga er even goed voor zitten. Ja? Komt-ie: Rozen verwelken, schepen vergaan/Maar jouw aardappels blijven bestaan.

Het toetje is er niet meer echt van gekomen. Veel te bang dat ik tijdens het eten weer aan die aardappels moest denken en de slagroom er door m’n neus weer uit zou komen zetten.

De aardappel zal blijven bestaan/Volg ons op Twitter!

8 reacties op “Boer zoekt vrouw: het gedicht”