Kerstverhaal over Gerrit van Nazareth, de tweelingbroer van…(deel 1)

Vandaag en morgen een voor velen onbekende geschiedenis op dit historisch zeer verantwoorde weblog: het verhaal van Gerrit van Nazareth, de wat ondergesneeuwde en onderbelichte tweelingbroer van Jezus. Hieronder treft u deel 1 aan. Print maar en neem met de hele familie kennis van de enigszins trieste, domme, maar ook wel lieve figuur Gerrit van Nazareth. En het mooie is, morgen kunt u nog deel 2 lezen ook.

De tweelingbroer van Jezus, Gerrit van Nazareth, kwam twaalf minuten na Jezus op aard. Niet geheel verrassend gebruikte ook hij de kut van Maria om zich een weg naar buiten te banen. Zo gaat dat met tweelingbroers. Daarna nam hun leven een radicaal andere wending. Daar waar Jezus miljarden mensen inspireerde met z’n wonderen, zat het Gerrit een beetje tegen. Eigenlijk kent niemand hem meer. Behalve ik dan. Ik zie het dan ook als mijn missie om zijn levensverhaal onder de aandacht te brengen. Zodat ook deze kwibus voor altijd herinnerd zal worden.

Nadat Gerrit bijna geruisloos uit de kut van Maria was gegleden, werd hij niet zoals Jezus in een kribbe gelegd. Er stonden in die tijd nooit twee kribbes in een stal. Daarom moest er voor Gerrit een ander plekje gevonden worden; het werd uiteindelijk de gereedschapskist van Jozef. Daar lag-ie dan, tussen een hamer, een beitel en een duimstok in. Dat Gerrit niet voor het geluk geboren was, bleek toen hij zich nog geen half uur na zijn geboorte met de hamer van Jozef op z’n eigen duim sloeg. Toch is het best knap dat een baby na pas een halfuurtje op planeet aarde vertoeft te hebben al een hamer met een steel ter grootte van een komkommer in z’n handjes pakt en zichzelf daarmee op z’n duim timmert. En hij hoefde niet eens te huilen.

Had-ie beter wel kunnen doen, want Jezus jankte dat het een lieve lust was en kreeg wel alle aandacht van Jozef en Maria; liefdevol werd hij met een doek schoongemaakt door een zachtjes huilende Jozef. Gerrit werd uiteindelijk, na drie uur onder de smerige geboorteprut te hebben gezeten, schoongelikt door de os. Het zou een voorbode zijn voor z’n verdere leven. Wie schoon wordt gelikt door een os/is verder ook vaak de klos, zoals een oud-Hebreeuws volksrijmpje luidt.

Het was dus geen verrassing dat de schapen, die mee waren gekomen met de herder die Jezus kwam begroeten, drie tenen van het rechtervoetje van Gerrit afknaagden. Weer hoefde Gerrit niet te huilen. Hij had een erg hoge pijngrens. Je zou hem bij wijze van spreken zo met een paar spijkers aan een kruis kunnen nagelen zonder dat hij er al te veel last van zou hebben. Z’n tenen kreeg hij daar echter niet mee terug. Voor de rest van z’n leven zou Gerrit van Nazareth het moeten doen met slechts zeven tenen.

Niet onoverkomelijk, met zeven van iets kun je best een eind komen. Vader Abraham bijvoorbeeld, die had zeven zonen, en heeft het toch maar mooi tot Pierre Kartner geschopt. Ik weet niet precies of Gerrit daar aan moest denken toen hij gelaten zijn lot accepteerde en de gereedschapskist van Jozef volscheet, maar dat was wel wat er gebeurde op dat moment in het verhaal over het leven van Gerrit van Nazareth. En ik kan het weten, ik heb het zelf bedacht. Dus daar lag Gerrit dan, nog steeds tussen een hamer, een beitel en een duimstok in, maar nu ook nog in z’n eigen stront en met slechts zeven tenen. Een heel prettig begin van z’n leven kunnen we het allerminst noemen.

Nou, daar kwamen de Drie Koningen dan. Natuurlijk ook totaal geen aandacht voor Gerrit. Het draaide allemaal weer eens om Jezus. Slechts Koning Casper, die nota bene de wierook in z’n tas had, vroeg zich hardop af waarom die gereedschapskist in de hoek van de stal toch zo stonk. Toen Jezus een boertje liet, was het met zijn aandacht voor de stinkende gereedschapskist echter ook alweer gedaan. ‘Aaahh, schattig’, zei Casper. Woorden die maar zelden worden uitgesproken over een gereedschapskist vol stront. Casper had het dus duidelijk over het boertje van Jezus. En niet over het broertje van Jezus, die, en ik kan dat niet genoeg benadrukken, nog steeds in een met stront bezaaide gereedschapskist lag.

Van engelen was ook al geen sprake in de buurt van de gereedschapskist waarin Gerrit van Nazareth langzaam lag weg te rotten. Slechts Ron Brandsteder kwam even met z’n zwetende bovenlip boven de gereedschapskist van Jozef hangen. Gek, want in die tijd bestonden engelen juist wel en Ron Brandsteder eigenlijk nog niet. Wat diezelfde Ron Brandsteder boven de gereedschapskist met Gerrit erin eigenlijk tot een wonder maakte. Maar daar lees je in de bijbel weer niks over. Hetzelfde geldt voor de twee beren die broodjes smeerden. De schrijvers van de bijbel waren heel willekeurig in het noteren van wonderen.

De wonderbaarlijke verschijning van Ron Brandsteder pakte, en dat zal u niet verbazen, overigens niet heel erg goed uit voor Gerrit. De lucht van de zwetende bovenlip van Ron Brandsteder mengde zich namelijk alras met de strontlucht die uit de gereedschapskist kwam zetten. Een geur die Gerrit deed kotsen als nooit tevoren. En dat is dus echt als nooit tevoren, want kotsen, dat had Gerrit in z’n korte leventje nog niet op z’n repertoire staan. Maar goed, die hele gereedschapskist zat dus wel mooi onder de kots. En de stront, want die was natuurlijk niet opeens verdwenen. Zo gaat dat niet. Ron Brandsteder verdween wel weer; uiteraard lachend als een hinnikend paard met tuberculose. En bezopen, maar dat spreekt al helemaal voor zichzelf.

Na de herder, wat engelen, Ron Brandsteder en de Drie Koningen was het nu de beurt aan de Drie Pedofielen ten tonele te verschijnen. Zul je net zien dat die juist wel weer alle aandacht hadden voor Gerrit, en Jezus links lieten liggen. Eerst Ron Brandsteder boven z’n gereedschapskist en daarna de Drie Pedofielen; het zat hem ook echt niet mee…Zeker niet omdat Jozef en Maria Gerrit nog steeds negeerden, en de Drie Pedofielen zonder al te veel problemen de stinkende gereedschapskist met daarin Gerrit van Nazareth mee konden nemen. Nog geen meter nadat ze met het ding uit de stal waren gesneld, werd één van de Drie Pedofielen al zo geil bij alleen de gedachte aan een verse baby, dat hij de hand aan zichzelf sloeg. Gillend als een keukenmeid met stemproblemen kwam hij klaar en deponeerde zijn kwakje in…tja…de gereedschapskist.

Na dit incident volgde een lange wandeling naar het huis van de Drie Pedofielen. Tijdens deze wandeling gebeurde er weinig wat het vermelden waard is, of het moest zijn dat Gerrit zeven keer anaal verkracht werd door de Drie Pedofielen. Voor elke teen een verkrachting. Pedofielenlogica. Verder doorstond Gerrit de reis goed; hij werd immers tegen de zandstormen beschermd door een soort coconnetje van stront, kots, sperma en het zweet van Ron Brandsteder. Toen de Drie Pedofielen en Gerrit het huis eenmaal hadden bereikt, werd er ruim zeven jaar niets meer vernomen van Gerrit van Nazareth. Maar goed, een klein jochie in één huis met drie pedofielen, het laat zich raden wat daar allemaal is gebeurd…

In deel 2 leest u morgen hoe het Gerrit van Nazareth vanaf z’n zevende verging en hoe hij, na een keten van gebeurtenissen, uiteindelijk aan z’n einde kwam. Fraai wordt het allemaal niet.

Het minste wat u kunt doen voor Gerrit, is ons volgen op Twitter!

Één reactie op “Kerstverhaal over Gerrit van Nazareth, de tweelingbroer van…(deel 1)”