Trainerstaal

Wanneer er een mannetje twee kartonnen borden achter u neerzet, met daarop reclame-uitingen van Albert Heijn, NIVEA for men en de Sponsorloterij, dan moet u zich ernstig zorgen gaan maken. U praat dan als een voetbaltrainer of, nog erger, u bent er één. Als u ook nog eens 918 woorden per minuut kan zeggen en heel gek met uw ogen rolt, dan bent u Wiljan Vloet. In dat geval: opgedonderd van deze site. We moeten u hier niet!

Zo, nu we Wiljan kwijt zijn, kan ik tot de kern komen: de meeste voetbaltrainers zijn geen normale mensen. Ooit waren ze dat misschien wel, maar op het moment dat ze in een clubkostuum of een trainingspak werden gehesen, veranderde er iets. Ze voelden zich geen boerenlul meer. Ze waren nu de baas bij een voetbalclub.

Ze zijn natuurlijk nog wel steeds een boerenlul, maar dan één die de baas is bij een voetbalclub. Een dodelijke combinatie; iemand die denkt dat hij geen boerenlul meer is, het nog wel is, en daarnaast ook nog eens de baas is bij een voetbalclub. Dan gebeuren er rare dingen voor dat kartonnen bord met de reclame-uitingen.

Het beste voorbeeld daarvan is natuurlijk Aad de Mos. Wanneer Aad de Mos precies het contact met de aarde is verloren weet ik niet, maar dat het gebeurd is, weet ik wel. Waarschijnlijk was het nadat Aad in een verhandeling, al dan niet voor een kartonnen bord, uitlegde het niet meer zo te hebben met de zwaartekracht. Van die hele theorie klopte geen flikker. Wat nou E = mc²?! 21 = 5, aldus Aad. Daarna is-ie opgestegen en hebben we hem nooit meer met beide benen op de grond gezien.

Nu is Aad wel een karikatuur van de voetbaltrainer. De meesten zijn iets minder gek. Toch valt ook aan het verhaal van die anderen doorgaans geen touw vast te knopen. Verkeerd gebruikte clichés en ander waardeloos jargon vliegt je om de oren. Daarnaast voelen ze zich, vanwege het eerder geschetste verhaal van de boerenlul die zichzelf geen boerenlul meer vindt, ver verheven boven zo’n simpele sportjournalist (soms ook terecht) en kan die dus tijdens het interview geschoffeerd worden wanneer er iets is wat de trainer niet aanstaat.

Hinderlijk, maar zolang je die sportjournalist niet bent, valt er mee te leven. Ondraaglijk wordt het pas wanneer  de wetenschap haar intrede doet bij de boerenlullen. Sinds kort is dat het geval. Je hoort het gelijk aan zo’n trainer wanneer hij een uurtje met een psycholoog of een andere wetenschapper heeft zitten praten. Na zo’n uurtje kwebbelen denken ze gelijk zelf een academische graad te hebben. Het gevolg zijn stuitende, maar toch ook hilarische interviews.  

Afgelopen weekend waren de interviews met Excelsior-trainer Alex Pastoor en PSV-trainer Fred Rutten hier een prachtig voorbeeld van. Pastoor zei tegen een NOS-camera dat hij z’n spelers voor de wedstrijd had verteld dat Feyenoord een berg was, en zijn spelers de vrije vogels die er middels gespreide vleugels overheen moesten vliegen. Zelden vertoonde keukentafelpsychologie. Gelukkig won Excelsior, dan kom je dit soort onzin nog eens aan de weet. Een trainer die met 6-0 verliest, begint echt niet over vogels en bergen.

Fred Rutten won ook. Ola Toivonen scoorde drie keer. Tegen de verzamelde pers zei Rutten dat het goede spel van Toivonen hem ook opgevallen was. Hij loopt diagonaal en duikt daardoor vaker onverwacht tussen de linies op. Vorig seizoen maakte hij als schaduwspits volgens Fred nog veel makkelijk te verdedigen laterale loopacties

Laterale loopacties, dat zijn woorden van een trainer die vlak daarna zegt dat hij z’n schaduwspits heeft geadviseerd naar de kapper te gaan. Dat zou wel eens een psychologisch effect kunnen hebben. En inderdaad, ook daar begon Fred Rutten over in hetzelfde interview. Ongelofelijk.

Je zou zulke trainers toch een vogel met gespreide vleugels in hun bek willen duwen. Diagonaal of lateraal, dat maakt niet uit. Als ze maar niks meer kunnen zeggen.

Één reactie op “Trainerstaal”