Het Israelisch-Palestijns conflict

Houdt het dan nooit op! waren de gevleugelde woorden die Carice van Houten uitsprak in de film Zwartboek toen haar Duitse vriend was gefusilleerd en er enkele scènes daarvoor een giertank over haar leeg was gekiept. Het had evengoed op het Israelisch-Palestijns conflict kunnen slaan.

Ook dat conflict heeft er alle schijn van nooit meer op te houden. Het is zelfs zo erg dat ik al sinds de vroege ochtend loop na te denken over een titel voor dit stukje. Zo gevoelig ligt het allemaal. Het is uiteindelijk dus het bovenstaande pareltje geworden. Maar zelfs daarmee kom ik misschien niet eens weg: Israel staat voor Palestina. 

Ik zit hier dan ook met een harnas aan achter m’n computer, omdat er elk moment een lading stenen door m’n raam kan vliegen. Het zit er ook dik in dat er straks een peloton pijpenkrullen een gepassioneerde kringdans voor m’n huis staat te doen omdat ik hen zogenaamd steun.

Had ik Palestina vooropgezet dan stond trouwens Frits Barend na een minuut op de deur te kloppen om me te vertellen dat ik een antisemiet ben die een hekel heeft aan Joden. Frits zegt zoiets liever dubbelop. Dat er geen enkel misverstand over bestaat. Het vooropzetten van Palestina had me ook nog een uitnodiging voor een theekransje met Gretta Duisenberg op kunnen leveren. Dat is de reden dat ik uiteindelijk Israel maar voorop heb gezet. Gretta zet veel te sterke thee. Niet te zuipen.

Je moet in dit conflict blijkbaar voor iemand zijn. Alsof het een voetbalwedstrijd betreft. Ik vertik het. Ik ben voorlopig tegen beiden. Zolang Israel en Palestina zich gedragen als twee kleine broertjes die het over elk wissewasje aan de stok krijgen, dan kunnen ze wat mij betreft dood neervallen.

Hierbij dient wel vastgesteld te worden dat het ene broertje op dit moment een met testosteron volgestopte dikzak is, terwijl het andere broertje een ondervoed couveusekindje is. Maar dit zal me wel weer tot een antisemiet maken volgens Frits en z’n gevolg.

Normaal groeien ruziënde broertjes op en gaan ze minder ruzie maken. We kunnen wel stellen dat dit niet bepaald het geval is in het Israelisch-Palestijns conflict. Man, dat duurt en dat duurt maar. De één schiet raketten, de ander entert boten. Het gaat maar door. Het zijn net Bassie en Adriaan, die elkaar op hun oude dag nog eens de tent uitvechten. Wie hier Bassie is en wie Adriaan, dat mag u zelf bepalen. Daar waag ik me niet aan.

Op den duur moeten ze toch doorkrijgen dat dit geruzie voor geen van beiden echt heel positief uitpakt. Israëliërs kunnen niet in een bus stappen zonder hun testament te hebben opgemaakt en de Palestijnen…..tja, die hebben niet echt een land. Geen ideale situatie voor beiden derhalve.

Dus, kom op en maak er wat van. Als eerste stap zou het al heel wat zijn dat beide partijen een papiertje ondertekenen waarin staat dat er zo weinig mogelijk Joden de zee in moeten worden gedreven en het toch eigenlijk ook niet de bedoeling is dat er allerlei Palestijnen omkomen van de honger in het reservaat dat de Gazastrook heet.

Probeer het via kleine stapjes op te lossen, dat doet de Rijdende Rechter ook altijd. Ondertussen kunnen we in Nederland alvast het goede voorbeeld geven door op te houden met die verkrampte discussie over Israel en Palestina. Geen Frits en Gretta meer aan de tafels van de talkshows en ook het nieuws uit het Midden-Oosten maar eens even een jaar of tien overslaan. Kan het journaal in plaats van dat vervelende nieuws eindelijk aandacht besteden aan zaken als de geboorte van de zoon of dochter van Jan Smit en of de nieuwe premier hem daar ook mee feliciteert.

Mocht het conflict over tien jaar nog niet opgelost zijn, dan kunnen we altijd nog overgaan tot het leegkiepen van ettelijke tanks met gier boven Israel en Palestina. Bij verdere escalatie doen we er nog een schepje bovenop en sturen we Johan Vlemmix op een vredesmissie. Dat zal ze leren.         

14 reacties op “Het Israelisch-Palestijns conflict”