Het Dagboek van Sjaak L. Grottenhoofd (deel 7)

Hallo, ik ben Sjaak L. Grottenhoofd. Al 46 jaar een onuitstaanbare vent, waarvan ik er nu alweer 20 getrouwd doorbreng met de eveneens onuitstaanbare Rita. Samen hebben we twee kinderen. Gezinus van 12 en Teun van 16. Teun is een meisje. Vroeger noemden we haar Teuntje; nu is ze 98 kilo, dus dat gaat niet meer. Ondanks haar 98 kilo zit ze – god betere het – op korfbal. Gezinus voetbalt, heeft een bril en wordt gepest. Ik ben woonachtig op Kievitsei 38 te Kerkdriel, waar ik tevens werk als gemeenteambtenaar. De hel op aarde.

Zoals u wellicht al merkt erger ik me voortdurend en klaag ik me een weg door het leven heen. Daarom heeft onuitstaanbaar.nl me gevraagd een dagboek bij te houden. Elke zondag zullen mijn ‘belevenissen’ van de afgelopen week gepubliceerd worden op deze website. Ik hoop dat u er plezier aan beleeft, dan dient mijn verder compleet zinloze leven toch nog ergens toe.

Maandag 5 april

Tweede Paasdag. De dag waarop types als ik door hun vrouw worden meegenomen naar de meubelboulevard. Helaas ontkwam ook ik hier niet aan. Rita had bedacht dat we af zouden reizen naar de meubelboulevard in Peer. Voor wiens topografische kennis net zo slecht is als de mijne: Peer ligt in België. Nog eens extra vervelend dus, want ik mag Belgen niet. Aan de andere kant; ik vind Nederlanders ook verschrikkelijk, dus veel maakt het niet uit. Ik moet er nu alleen verder voor rijden om alles verschrikkelijk te vinden.

Na een Paasontbijt dat Rita had klaargemaakt (te hardgekookte eieren, droog brood, wat goedkope vleeswaren en plakkerige kaas) zwijgend opgegeten te hebben met de hele familie, zijn we in de Ford Escort gestapt. Met alle gezichten op onweer zetten we koers naar Peer. Alleen Rita had er zin in, maar haar gezicht staat nou eenmaal altijd op de onweerstand, ongeacht haar emotie van dat moment. Zelf kan ik heel goed vrolijk kijken (zie foto, red). Ik ben alleen nooit vrolijk. Ook vandaag niet.

Dat werd niet in het minst veroorzaakt door het gedrag van Teun en Gezinus. Binnen de kortste keren hadden die twee ruzie. Waarover het precies ging weet ik niet, maar aan het eind van het verhaal mondde het erin uit dat Teun met haar volle gewicht (98 kilo) op de bril van Gezinus ging zitten. Dat kon nog wel eens een zware dag worden voor Gezinus, zo zonder bril van het type jampot. Min vier heeft dat joch. Hij heeft Teun wel teruggepakt door haar zak snoep uit het raam te flikkeren. Hoe hij die heeft kunnen lokaliseren is me nog steeds een raadsel.

Een zak snoep en een bril armer kwamen we uiteindelijk aan in Peer. Bij de meubelboulevard. Dat ook Belgen graag naar meubels gaan kijken die ze niet nodig hebben bleek al vrij snel uit het aantal rondjes dat ik onverrichter zaken op de parkeerplaats reed. Af en toe dacht Rita een vrij plekje te zien; als een speenvarken gilde ze dan de boel bij elkaar. Eén keer schrok ik zo erg dat ik door de berm bijna de sloot inreed. Heb ik de auto daar maar laten staan. Het was tijd om naar meubels te kijken die met geen mogelijkheid nog bij de andere meubels in onze doorzonwoning zouden passen. Gezellig.

Bij binnenkomst struikelde Gezinus vrijwel direct over een drempel. Met een flinke smak belandde hij head first in een bloembak; die daardoor meteen veranderde in een woord dat maar twee letters verschilt van ‘bloembak’. Juist. Een bloedbad. We hebben Gezinus naar de EHBO gebracht waar hij aan het eind van de dag weer werd opgehaald. Ondertussen waren we ook Teun al kwijtgeraakt. Zij zou zich de hele dag versch(r)ansen (woordgrapje van Sjaak, red.) in de frietkot die bij de meubelboulevard gelegen was.

Na een halve dag slenteren en meubels kijken die we toch niet gingen kopen was de maat vol. Ik had het gehad. Zeker toen we rond enen die ellendige Trudy Pasveer tegen haar dikke lijf liepen. Dat verzin je toch niet. Ik had al wel zo’n afzichtelijke roze Opel Corsa op de parkeerplaats zien staan, maar er totaal niet bij nagedacht dat het die van Trudy zou kunnen zijn. Achteraf had ik beter moeten weten. Hoeveel mensen rijden er nou in zo’n lelijke auto rond? Bovendien miste die nog steeds het zijspiegeltje dat ik er twee weken geleden had afgetrapt. Trudy Pasveer stelde voor om de rest van de dag samen door de boulevard te slenteren. Rita zei zonder te overleggen dat wij ons niks leukers voor konden stellen. Het zijn ook twee kutwijven bij elkaar! Hier ging ik, zowaar ik godverdomme Sjaak L. Grottenhoofd heette, niet aan meewerken! Ik heb gezegd dat ik naar de wc moest, ben weggehold, heb snel m’n telefoon uitgezet en ben ergens in de mensenmassa op een bank gaan liggen. Denkend aan stagiaire Wendy en andere jonge blonde meisjes, sliep ik in.

Daar werd ik vier uur later wakker toen twee jochies van een jaar of 9 met een schaar mijn snor aan het bewerken waren. Mijn lieve, lieve snor! Hij was totaal aan gort geknipt door die twee klerelijertjes! Het enige in het leven waar ik trots op ben, lag in de vorm van wat losse haartjes op mijn iets te forse buik. Niets minder dan een ramp. Ik had nog liever een hele week met Trudy Pasveer door die meubelboulevard willen slenteren dan m’n snor kwijt te moeten raken. Dan begrijpt u wel hoe erg ik het vond. Ik heb die twee jochies een trap onder hun hol gegeven en ben snel naar huis gereden. Daar ben ik huilend in bed gaan liggen. Rita en de kinderen zijn uiteindelijk met Trudy Pasveer haar roze Opel Corsa weer thuisgekomen.

Dinsdag 6 tot en met vrijdag 9 april

Vier dagen heb ik het volgehouden in m’n bed. Het was een verschrikkelijke tijd. Een boze droom. Soms schrok ik wakker en besefte ik dat het waar was. Uren achter elkaar heb ik NEEEEEEEEEEE……..NEEEEEEEEEEEEE……….NEEEEEEEEEEEE……!!!! lopen roepen.

Zaterdag 10 april

M’n snor was weer voldoende aangegroeid om Gezinus en z’n team te kunnen begeleiden tijdens de wedstrijd D.S.C. Kerkdriel D4 tegen Nevelo D3 uit Oisterwijk. Het werd 9-2 voor Nevelo.