457 bezoekers

Het klinkt als het aantal bezoekers van een volleybalwedstrijd tussen T-Tech/ODOL uit Deventer en SysteemplafondsUnlimited/VIOM uit Aalten. ODOL (Opgericht Door Olaf en Leo) kan de play-offs nog halen en VIOM (Valspelen Is Ons Motto) vecht als altijd tegen degradatie.

Toch spelen deze niet bestaande volleybalclubs slechts een bijrol in dit stukje. Eigenlijk gaat het over het Stedelijk Museum in Amsterdam, in de volleybalwereld afgekort als ABN-Amro/ SMA. Dat museum kan sinds 2003 (!) eindelijk weer eens de deuren van haar eigen (gerenoveerde) gebouw openen en nu heeft de brandweer bepaald dat er niet meer dan 457 bezoekers tegelijkertijd binnen mogen zijn.

Ik vind het een gek getal voor een maximum aantal museumbezoekers. 457, je verwacht het op de staart van een Boeing of achterop de nieuwste Peugeot, maar niet als maximum bezoekersaantal van een museum. Het doet me denken aan liften waar op een klein bordje te lezen staat: ‘Maximum gewicht: 750 kilo’. Hoe test je zoiets zonder 3 hele dikke mannen de dood in te jagen? Of 6 iets minder dikke mannen, dat kan natuurlijk ook.  

Bij het bepalen van een maximum gewicht voor een lift zou je er natuurlijk nog wat wetten van de natuurkunde op los kunnen laten, maar over het aantal personen dat, in het geval van brand, zonder vlam te vatten naar kunst kan kijken, heeft Newton nooit wat opgeschreven. Dat kan ook niet. Dat is afhankelijk van vele factoren. Het is geen exacte wetenschap.

Toch komt de brandweer met het vrij exact aandoende 457 op de proppen. Zo’n precieze aanduiding van het maximum aantal personen roept bij mij gekke beelden op. Allereerst dat van 458 verkoolde lijken. Geen fijn beeld. Maar volgens de brandweer wel de realiteit wanneer er zoveel mensen in het museum zijn en iemand het idee krijgt om de Rood-blauwe stoel van Rietveld aan te steken.

Een fijner beeld is: 457 mensen die fluitend naar buiten wandelen als er weer iemand anders is geweest die het nodig vond de Knotted Chair van Marcel Wanders in vuur en vlam te zetten. Dit gebeurt volgens de brandweer bij dat aantal bezoekers.

Zo werkt het natuurlijk niet en de brandweer had de schijn dat zij denken dat het wel zo werkt, weg kunnen nemen door dan tenminste een rond getal te kiezen als maximum aantal bezoekers van het Stedelijk Museum. 400 bijvoorbeeld. Of 500. Desnoods 450. Ze hebben dit niet gedaan.

Dat roept weer het beeld op van een bezopen Amsterdamse brandweercommandant met een snor, die tijdens de vrijdagmiddagborrel in de kantine aan een heel groot rad staat te draaien. Het rad blijft stilstaan op het getal 457. Voor een juichende menigte pakt de commandant z’n telefoon, belt de directeur van het Stedelijk, en spreekt de gevleugelde woorden: ‘457 bezoekers, meer mag er niet in. Dat zou levensgevaarlijk zijn’.   

Een telefoontje dat verstrekkende gevolgen kan hebben voor Gerard en Tonny uit Raamsdonkveer die op een druilerige donderdagmiddag het museum willen bezoeken. Gerard kan bezoeker 457 zijn, en Tonny 458. Hoe lossen ze dat nu weer eens op? Ook weer een fraai beeld.

Al die beelden, op de 458 verkoolde lijken na, lijken me misschien nog wel mooier dan de twee, al dan niet brandende, stoelen in het museum. Daar sluit ik dit stukje mee af. Meer woorden dan deze 558 mocht ik niet gebruiken van de brandweer.