Zwartepieten

Het zwartepieten is begonnen. De politiek teruggebracht tot een kaartspelletje waarbij men elkaar een schoppen boer in de handen probeert te drukken. Zwartepieten. Zelfs voor het spelletje dat volgt op wat men een kabinetscrisis noemt is in Nederland een lullige term bedacht. Amerikanen noemen het ‘The Blame Game’, een veel mooiere naam. Zo rijmt het bijvoorbeeld en verwijst het ook nog eens niet naar een activiteit waarbij je de hele avond kaarten zit door te geven.

Zwartepieten. Een spel ook dat helemaal niemand meer speelt. Daarom is het wel een mooie metafoor voor de toestand van de Nederlandse politiek. Geen contact met de werkelijkheid. Terwijl de wereld om hen heen op alle mogelijke manieren in de fik wordt gezet door bankiers en een geblondeerde kwajongen, zijn ze elkaar in Den Haag vliegen aan het afvangen in woordspelletjes. Lingo voor gevorderden. Zonder Lucille, dat wel. Een geluk bij een ongeluk.

Verder is er helemaal niets positiefs te melden over wat de heren en dames daar allemaal uitspoken in Den Haag. Ze zeggen nooit wat ze werkelijk denken en de zich politicus noemende figuren die dat wel doen, denken de verkeerde dingen. Het kan toch niet zo moeilijk zijn om normaal te doen? Gewoon lekker praten met elkaar en dan een besluit nemen. Vindt de helft plus één zus, dan doen we zus. Vindt de helft plus één zo, dan doen we zo. Bij het staken der stemmen laat je Vader Abraham een muntje opgooien. Zo moeilijk is het allemaal niet.

Blijkbaar denken ze daar in Den Haag anders over. Dat komt ook doordat ze bijna allemaal zo overtuigd zijn van hun eigen gelijk. Geen goede eigenschap. Openlijke twijfel lijkt verboden en je laten overtuigen door het verhaal van iemand anders is helemaal not done. Nee, volgens een door de politici zelfbedachte doctrine moet men overal binnen de minuut een pasklaar antwoord op hebben en mag men nooit meer afwijken van een eerder ingenomen standpunt. Een politicus mag nooit zeggen: ‘Hmmm……,ik weet het nog niet. Ik ga er rustig over nadenken.’ of ‘Ik keek er altijd zo en zo tegenaan, maar wat Japie daarnet zei, klinkt ook wel logisch.’

Dit gedrag wordt ingegeven door het andere schuim der aarde: journalisten. Zij spelen het spel mee. Sterker nog, ze hebben het bedacht. Twijfelt een politicus of verandert hij van mening, dan staat er meteen een met microfoons jengelende horde mannetjes en vrouwtjes voor z’n neus. Lekker suggestieve vraagjes stellen waar ze toch geen antwoord op krijgen.

Dat weten ze van tevoren maar toch staan ze er altijd. Als ze maar kunnen scoren. De waarheid interesseert ze geen reet. Het zegt toch genoeg wanneer de altijd met een quasi-intelligente frons op z’n voorhoofd opererende en zich God voelende Frits Wester de vaandeldrager van je beroepsgroep is. Vrijdag moesten ze een hele nacht achter een dranghek staan om ‘journalistiek’ te bedrijven, voor de volgende keer stel ik voor dat de gemeente Den Haag een riool beschikbaar stelt.  

We hebben het openbaar bestuur en de verslaggeving daarvan overgelaten aan een stel overambitieuze, gelijkhebberige en aandachtsgeile poeppratende penissen. Een hard gelag. Fijne mensen zoals u en ik willen er terecht zo weinig mogelijk mee te maken hebben. Eens in de zoveel tijd doen we onze plicht en wandelen we in de regen naar de stembus. Dat moet, anders komt Hitler weer aan de macht.    

Daarom loop ook ik eind mei/begin juni weer met m’n paspoort in de hand naar het stembureau.  Met de grootst mogelijke tegenzin kleur ik op een groot papier een vakje rood en flikker het – hoe symbolisch – in een omgebouwde kliko. Ik doe dat als de speelkaart die niemand wil hebben tijdens het zwartepieten; als een schoppenboer met kiespijn.              

7 reacties op “Zwartepieten”