Sjaak L. Grottenhoofd moppert over… siervuurwerk

Sjaak L. Grottenhoofd hield bijna twee jaar lang een dagboek bij voor dit zeer invloedrijke weblog. De geschiedenis leert ons echter dat het niet altijd goed afloopt met mensen die een dagboek bijhouden. Daarom is Sjaak er mee gestopt. Omdat we Sjaak wel graag wilden behouden voor dit per zin invloedrijker wordende weblog, moppert hij nu ieder weekend 200 woorden over iets alledaags. Deze keer siervuurwerk.

Wat ik dus stom vind, is siervuurwerk. Het knalt niet. Niet echt dan. Pas als je het de lucht inschiet, maakt het wel geluid, maar dat hoor je minder goed dan wanneer het op de grond ligt. Dat is logisch. Bovendien is het primaire doel bij het ontploffen niet de knal, maar wat homofiel lichtbundels.

Wanneer er ergens siervuurwerk wordt afgestoken staat eronder altijd een stel kutwijven ‘oooooooh’ en ‘aaaaaaaaah’ te roepen. Bij hen zou ik het liefst een knalerwt of een Romeinse kaars in de reet douwen. Zij verpesten hoe het afsteken van vuurwerk hoort te zijn: een groepje zwijgende mannen met snor die er in een kwartier tijd een paar honderd euro doorheen jagen. Met een oliebol in je klauwen kijken naar een rood ding vol met Chinese tekens dat duizend keer ‘pang’ doet. Heerlijk.

Maar nee hoor, met het siervuurwerk moet het plotseling allemaal weer mooi zijn. Dat je zo’n pijl in een flesje moet doen, zegt al genoeg. Daarvoor heeft meneer Heineken het niet bedacht mensen! Hij wilde dat je eerst twintig van z’n flesjes op zou drinken en dan honderd aan elkaar gebonden strijkers in een put zou gooien. Daarna met een hand minder weer doorzuipen

Nee, ik blijf met oud&nieuw lekker op de bank liggen. Gordijnen dicht om geen vuurwerk in de lucht te zien ontploffen, en af en toe gooi ik een strijker richting de kat.

Volg ons op Facebook en vind ons leuk op Twitter. Of andersom. Kijk maar.